Mijnenjager Primula zet koers naar de Baltische Zee met verjongde bemanning

Op dinsdag 16 september vertrok mijnenjager Primula vanuit Zeebrugge voor een drie maanden durende inzet binnen de Standing NATO Mine Countermeasures Group 1 (SNMCMG1). De Baltische Zee is een geopolitiek gevoelige regio waar het Belgische schip zal bijdragen aan het detecteren en neutraliseren van zeemijnen. Daarnaast zal het deelnemen aan patrouilles en de bescherming van vitale onderzeese infrastructuur.

Historische mijnen en munitie blijven een reële dreiging. Zij vormen een gevaar voor de veiligheid van zeevaartroutes die essentieel zijn voor een vlotte internationale handel. België, dat internationaal bekend staat om haar expertise in mijnenbestrijding, levert al jarenlang een cruciale bijdrage aan de NAVO ten behoeve van de collectieve maritieme veiligheid in Europa.

Ervaren commandant, jonge bemanning

Voor de commandant van de Primula, luitenant-ter-zee eerste klasse Thibault, is dit zijn zevende opdracht in deze permanente NAVO-groep.

“We kennen de regio zeer goed. Door de geopolitieke spanningen leggen we iets meer de focus op het patrouilleren en beveiligen van kritieke infrastructuur. Maar mijnenjagen blijft onze corebusiness.”

Met een dagje vertraging door hevige rukwinden is de Primula uiteindelijk vertrokken, na een uitgebreid afscheid van familie en vrienden, voor drie intense maanden.

Opvallend is de jonge leeftijd van de bemanning. Voor de commandant is dat een troef: “De goede mix van ervaren bemanningsleden die hun kennis kunnen doorgeven, en gemotiveerde jongeren die voor het eerst op missie gaan, zorgt voor een ideale symbiose. Zo leggen we een sterke basis voor de toekomst.”

Hannah, 20 jaar en de eerste vrouwelijke duiker bij de Marine, is een van de vele jonge bemanningsleden. Ze kijkt enorm uit naar deze eerste ervaring: “Ik hoop zoveel mogelijk mijnen te kunnen opruimen. Ik kijk ernaar uit om deze verantwoordelijkheid op te nemen en degene te zijn die aan het hendeltje draait die de mijn tot ontploffing brengt.”

Voorbeeldige voorbereiding

De stafchef van de Marine, kapitein-ter-zee Kristof Van Belleghem, en generaal D’Hert, verantwoordelijke voor de steun aan operaties in binnen- en buitenland, namen ook de tijd om de bemanning op het achterdek toe te spreken en hen te feliciteren met hun succesvolle voorbereiding.

“Jullie hebben bijzonder hard gewerkt en het voorbereidende SARC-traject (Sea Acceptance and Readiness Checks) met succes afgelegd. Nu is het tijd om jullie te bewijzen op internationaal niveau. Fair winds and following seas!”